[Intro]
Aan de andere van het bos, daar ligt een stad
Jij zult een moeder voor hem zijn
[Verse 1]
Ik sta voor de spiegel, en herhaal driemaal
Eis wederom dat mijn ego gestreeld wordt
Ze zei geen zorg, ge zijt nog altijd niet verandert maat
Ik zie dezelfde stijl, où, dezelfde praat
Ik ben die jonge gast, stagiaire van de straat, het plein
Het nieuwe bloed met toekomst, en verleden in de hand
Ik ben die oude garde die soms met zorgen toekijkt
Op café met seefbier of in de bar met [?]
Ik ben die harde straatsteen zonder wroeging of angst
Op mijn stoep geen lijst van Belgisch wit-blauw
Ik ben die zelfreflectie, die dualiteit
Ik ben die cosmopoliet, trots op de couleur local
Ik hoor de roep van de meeuw, daar is water, wilde zee
Ik ben die havenstad, schipper mag ik over varen
Die ouwe matroos die nog altijd aan zijn zeemeermin denkt
En stilaan droomt van die reis op het immervarende schip
Ik ben de angst in het hart van de stad
Die typische arrogantie geeft die verschrikking, een pak
Ik ben die charmante schurk, maar dat hoor je mij niet zeggen
Ik ben het antwoord op de zorgen, de twijfels
[Chorus]
Dat is normaal, dees is wat we doen
Zo marcheert dat aan die edele stroom
Allé, allé, Antwerpen, coureuge viva
Geen zorgen hier, alles komt goed
Onze lieve vrouw met een wakend oog
Allé, Allé, Antwerpen Coureuge viva
Coureuge viva
Antwerpen coureuge viva
[Verse 2]
Ik ben die lossing voor vrouwen, maak ze onzichtbaar
Pak ze in, kleed ze uit, al naar de man zijn smaak
Ik ben de straatmadelief, het rodelicht district
Of hoe da meer respect moet hebben voor de vrouw, in het algemeen
Ik ben de straat aant stadsmus, de dubieuze [?]
Ik ploeter in de goten, vang wat rond op het schoon verdiep
Ik ben die politiek, ah ge weet, met die politiek
Ik ben het antwoord van de burger, doe zelf iets, positief
Ben die sirene in de nacht, beloof niets goeds
De ondergrondse economie die zich weer onberoerd
Die onverwachte kus, of had ik die nu gedroomd
En al die andere goeie ideeën die ik achter laat in de kroeg
Ik ben de bosuil, zing mijn lied op tribune 2
Doorheen glorie of vagevuur, blijft dat nummer 1
Ik ben die Hollander, sorry, ik weet we zijn met teveel hier
Ben die san-papier, maar die factor ben ik niet
Ik ben het krot, ben de loft, het vuil étage op den blok
Ik ben die dief, helaas, die overal wel binnenraakt
En nog ben een minnaar, ben alles en allemaal
De gedeelde ziel, die wordt gekraakt of gemaakt
[Chorus]
Dat is normaal, dees is wat we doen
Zo marcheert dat aan die [?] stroom
Allé, allé, Antwerpen, coureuge viva
Geen zorgen hier, alles komt goed
Onze lieve vrouw met een wakend oog
Allé, Allé, Antwerpen Coureuge viva
Coureuge viva
Antwerpen coureuge viva
[Verse 3/Outro]
Ben een verhaal, slechts één van de velen
En vooral da we niet zijn, zijn er dingen die we delen
Waarom niet groeten in plaats van polariseren
De bom die ontploft, hebben we er zelf gelegd
Maar de rivier blijft stromen, desondanks
En de straten blijven dromen, coureuge viva
Ik zou niet over mezelf schrijven moest er een ander zijn
Ha, c'est comme ça, ondertekend, de stad